Bij een bevalling wordt er vaak een bevallingsverslag opgemaakt door de verloskundige of gynaecoloog. Dit verslag bevat belangrijke informatie over de bevalling, zoals de duur, de weeënactiviteit en de toestand van de moeder en de baby. Om dit verslag kort en bondig te houden, worden er vaak afkortingen gebruikt. Deze afkortingen zijn echter niet altijd even duidelijk voor de ouders, wat voor verwarring kan zorgen.
Afkortingen op een bevallingsverslag leren begrijpen
Het is daarom belangrijk dat ouders de afkortingen op het bevallingsverslag begrijpen. Zo kunnen zij beter de gebeurtenissen tijdens de bevalling begrijpen en eventuele vragen stellen aan de verloskundige of gynaecoloog. Veelvoorkomende afkortingen op een bevallingsverslag zijn bijvoorbeeld CTG (cardiotocografie), DVP (datum van partus), ODM (oorspronkelijke datum van menstruatie) en VK (verloskundige).
Bevallingsverslag lezen door ouders
Het is aan te raden om tijdens de zwangerschap alvast kennis te maken met deze afkortingen en hun betekenis, zodat ouders zich beter kunnen voorbereiden op de bevalling. Ook is het verstandig om na de bevalling het bevallingsverslag goed door te nemen en eventuele vragen te stellen aan de verloskundige of gynaecoloog. Zo kan de informatie uit het verslag goed begrepen worden en kunnen ouders terugkijken op een mooie, maar ook spannende gebeurtenis.
het begrijpen van afkortingen op een bevallingsverslag is van groot belang voor ouders. Het kan helpen bij het beter begrijpen van de bevalling en het nemen van beslissingen over de gezondheid van de baby en eventuele vervolgzorg. Het is dan ook aan te raden om tijdens de zwangerschap alvast kennis te maken met de meest voorkomende afkortingen en hun betekenis.
Bevallingsverslag voor kraamverzorg, huisarts en lactatiekundige
Het begrijpen van afkortingen op een bevallingsverslag kan ook helpen bij het bespreken van het verloop van de bevalling met andere zorgverleners, zoals kraamzorg, de huisarts of een lactatiekundige. Het kan namelijk voorkomen dat deze zorgverleners het bevallingsverslag willen inzien om zo een beter beeld te krijgen van de gezondheidssituatie van moeder en baby.
Dit zijn de meest gebruikte afkortingen op een bevallingsverslag
Indalen en stand van het hoofd in het bekken
I = Mate van indaling
H1 = Begin van indalen: de bekkeningang
H2 = Hoofdje verder gezakt : de bekkenwijdte
H3 = Hoofdje heeft de bekkenuitgang bereikt
H4 = Hoofdje staat op de bekkenbodem
N.H. = Navelhoogte; uterusstand
Caput = hoofd
Vliezen
V = Vliezen: wel of niet gebroken vliezen
St.vl. = Vliezen nog niet gebroken
AROM = De vliezen worden kunstmatig gebroken
SROM = De vliezen breken vanzelf (natuurlijke wijze)
Onderzoeken tijdens de bevalling
VT = Inwendig onderzoek, vaginaal toucher
POVIAS = Informatie die verkregen is bij inwendig onderzoek
KT = Beluisteren van het hartje
CTG = Cardiotocogram, hartslag meten kindje of activiteit van de baarmoeder waarnemen
CT = Beluisteren harttonen kindje
Anticonceptie
AC = Anticonceptie
IUD = Intrauterine device, spiraaltje
Anesthesie (verdoving)
EDA = Epiduraal anesthesie, ruggenprik
PCA = Patient Controlled Analgesia, door de patiënt zelf gecontroleerde pijnstilling
Vruchtwater
MHV / mech.vw = Meconiumhoudend vruchtwater, baby heeft in het vruchtwater gepoept
Stilgeboorte
IUVD = Intrauterine vruchtdood, baby gestorven binnen-baarmoederlijk voor de geboorte
A = Miskraam (afgeleid van Abortus)
Zwangerschappen en bevallingen
G = Gravida, zwangerschap
G1 = Eerste keer zwanger
P = Para, bevalling
P0 = Nul keer bevallen
G3P1A1 = 3e zwangerschap (G), 1x eerder bevallen (P) en 1 miskraam (A)
Hoofd tijdens het persen
Aav = Achterhoofd voor/ kijkt naar beneden
Aaa = Achterhoofd achter/ sterrenkijker
Kruin = De kin zit niet goed op de borst
Wijze van bevalling
V.E. = Vacuümextractie
KIWI = Vacuümextractie met een handpomp
S.C. = Keizersnede, Sectio Caesarea
Datums voor en tijdens de bevalling
DVP = Datum van partus / bevalling
ODM = Oorspronkelijke datum van menstruatie
Weeeën, ontsluiting en persen
ww = Weeen
WA = Weeën activiteit
Ǿ = Ontsluiting
NVO = Ontsluiting vordert niet
U = Persen / uitdrijving
NVU = Persen vordert niet
M.P.V. = Manuele placenta verwijdering
Bloed(verlies) en ruptuur
R.R. = Bloeddruk (naar uitvinder bloeddrukmeter Riva-Rocci)
Hb = Haemoglobine (ijzer) gehalte in het bloed
Vbv = Hoeveelheid bloedverlies
T.B.V. = Totale bloedverlies
Rupt. = Ruptuur, ingescheurd
Epi. = Episiotomie (ingeknipt)
Ziekenhuis en artsen
VK = Verloskundige
O.K. = Operatiekamer
M.I. = Medische indicatie
Baby na de bevalling
A.S. = Apgarscore (beoordeling conditie pasgeborene)
Disclaimer medische informatie
Dit artikel bevat medische informatie. Bekijk onze disclaimer medische informatie.